Bron foto: Regio Foodvalley
Achttien studenten van Wageningen University & Research deden onderzoek naar oplossingen tegen voedselverspilling bij kleine ondernemers in de binnensteden van Barneveld, Rhenen, Wageningen en Ede. Ze interviewden maar liefst 150 ondernemers en circa 460 consumenten. De belangrijkste conclusie van het onderzoek: door samen op te trekken, valt er veel winst te behalen.
In binnensteden zijn veel kleinschalige bedrijven, zoals speciaalzaken, afhaalketens, horeca en andere kleine retailbedrijven. Gemeenten organiseren voor inwoners de inzameling van afval, terwijl ondernemers dit zelf moeten regelen. Zij hebben allemaal hun eigen kanalen en dienstverleners om afval- en reststromen te verwerken en af te voeren. Dat zorgt voor talloze vervoersbewegingen in de binnenstad, is vaak duur en leidt niet tot optimaal gebruik van de reststromen.
Uit het onderzoek blijkt dat de meeste voedselreststromen allemaal bij elkaar in groene containers belanden. Afvalverwerkers halen dit op voor vergisting. De studenten zagen in deze binnensteden nog weinig circulaire oplossingen voor bruikbare delen van deze stromen en ondernemers realiseren zich vaak niet wat en hoeveel er wordt verspild. De perceptie over verspilling en mogelijke oplossingen verschilt tussen sectoren en ondernemers.
Deze ondernemers staan vaak zelf in de winkel, de bakkerij of het restaurant, waardoor ze nauwelijks tijd hebben om zich hierin te verdiepen. Ook zien ze weinig voorbeelden van collega’s om aan mee te doen. Tegelijkertijd zagen de studenten wél een grote bereidheid om mee te doen aan eventuele initiatieven. Een deel van de ondernemers realiseert zich dat er meer mogelijk is met deze afvalstromen en vindt het jammer dat alles op één hoop in de container verdwijnt. Ondernemers kunnen genoeg oplossingen benoemen. Zoals minder verspillen in de keuken of op het bord door bijvoorbeeld scherper in te kopen en creatiever te koken. Of het scheiden van waardevolle reststromen, deze te verwerken als veevoer of collectief te laten inzamelen voor lagere kosten. Vanwege hun kleinschaligheid is hiervoor echter samenwerking nodig, met andere ondernemers, afvalbedrijven en/of gemeenten.
Uiteraard zijn er ook goede voorbeelden. Diverse kleine winkeliers zijn bijvoorbeeld aangesloten bij Too Good To Go, een app waarmee ondernemers aan het eind van de dag overgebleven maaltijden en producten kunnen aanbieden tegen de kostprijs. Het levert voor consumenten een betaalbaar verrassingspakket op en voor ondernemers een flinke kostenbesparing. Bij Groente- en Fruithandel Arjan Klarenbeek in Barneveld is dat op jaarbasis bijvoorbeeld zo’n € 10.000,-. Een ander voorbeeld is het Smaakpark in Ede, waar overblijfselen zoals bier worden verwerkt tot lekkere azijn en andere eetbare producten. Bij FoodSharing in Wageningen worden overgebleven producten verzameld en weggegeven. Ook zijn er in andere steden initiatieven om bijvoorbeeld koffieprut van horeca te verzamelen voor de teelt van oesterzwammen.
De studenten adviseren Regio Foodvalley om ondernemers op verschillende manieren te faciliteren:
De opdrachtgevers van dit onderzoek zijn blij met de resultaten en zien kansen om door te pakken. Ze gaan met ondernemers in gesprek over concrete vervolgstappen.
Dit onderzoek is onderdeel van de Werkplaats Circulaire Voedselketens van Living Lab Regio Foodvalley Circulair en het programma Voedsel- en Eiwittransitie. Regio Foodvalley is een proeftuin voor het verminderen voedselverspilling. Op dit onderwerp werken gemeenten, onderwijs- en kennisinstellingen en ondernemers in de regio samen met onder meer Wageningen University & Research, stichting Samen Tegen Voedselverspilling en het Voedingscentrum.
Lees het hele artikel hier en download het hele rapport.
Living Lab Regio Foodvalley Circulair / Werkplaats Circulaire Voedselketens.